Petition # 309: Still no change in not telling the true history and not the glorified lies.

Petition # 309: Still no change in not telling the true history and not the glorified lies.

Petition # 309: Still no change in not telling the true history and not the glorified lies.

His Excellency Shinzo ABE
Prime Minister of Japan

The Hague, 11 August 2020
Petition: 309
Subject:  Still no change in not telling the true history and not the glorified lies.

Excellency,
On 9th September 2003 I wrote to the then Prime Minister of Japan his Excellency Junichiro KOIZUMI:
Quote: “Excellency,
In August we remember and celebrate the end of World War II. During the various ceremonies, the remembrances bring back our sufferings and the cruelty committed by the Japanese Imperial Army during the War in the Dutch East Indies and other places in Asia. We celebrate the ending of World War II which gave us back our freedom; albeit in a disunited country where almost all the surviving Dutch in the Dutch East Indies were forced to repatriate to The Netherlands. The remembrance evokes anger, that the Japanese government does not recognize the social and moral responsibility it has towards those who suffered at the hands of Japanese soldiers and civil servants. Let me repeat the anger:
It is beyond comprehension that the Japanese government is on the one hand proud to celebrate more then 400 years of friendship with the Dutch, but neglects its Honorary Debts to Dutch nationals originating out of World War II, hiding its responsibility on legal grounds.
True friends recognize their failures and do the utmost to repair the damage done, if they believe in the sincerity of friendship. It requires a meaningful gesture both in apology and material reparation to establish the friendship. In understanding the present, you must tell the true history and not the glorified lies. In remembering the actual facts the pain and the disbelief come back, but this horror must be faced as the world must know the truth of how the Imperial Army and the Japanese civil servants treated their friends for 400 years during World War II. The world must know that the present government of Japan appears not to learn from the past.” Unquote.

Prime Minister,
Ever since I wrote to His Excellency Junichiro KOIZUMI his successors, including you, ignored our petitions. I deeply regret such dishonorable attitude. The Japanese Ambassadors in the Hague had to refer to the San Francisco Peace treaty:” legally Japan is in the clear and has no obligations to an Honorary Debt”. However, it should be an honor for Japan to redeem the morally correct Honorary Debts together with a personal apology to the surviving victims.

Prime Minister,
Today I will be looking forward to your personal condolence.

On behalf of the Foundation of Japanese Honorary Debts.
J.F. van Wagtendonk

President.

Persbericht 11-08-2020

Persbericht

Stichting Japanse Ereschulden genoodzaakt tot procedure
tegen de Nederlandse Staat

Tijdens de Japanse bezetting in de Tweede Wereldoorlog
hebben Nederlanders in voormalig Nederlands-Indië ernstige oorlogsschade
geleden. Het gaat daarbij om schade geleden door schending van de meest
fundamentele mensenrechten. Aan veel van de slachtoffers is fysieke en
geestelijke schade toegebracht onder andere door opsluiting, marteling,
uithongering en ontzegging van medicijnen. Daarnaast zijn huizen, inboedels,
wijken en dorpen vernietigd. De oorlogsgetroffenen zijn tot op de dag van
vandaag niet voor die schade gecompenseerd. De Nederlandse Staat heeft de route
naar volledige compensatie afgesneden door middel van het destijds gesloten
Vredesverdrag in 1951 met Japan. Nederland heeft in het verdrag afstand gedaan
van vorderingen van de Nederlandse oorlogsgetroffenen en hun nabestaanden
jegens Japan. Als gevolg hiervan kunnen de Nederlandse slachtoffers de Japanse
staat niet met succes aanspreken op de oorlogsmisdaden die zijn gepleegd en de
schade die hierdoor is veroorzaakt. Deze ‘ontrechting’ klemt te meer nu de
Nederlandse Staat tot op de dag van vandaag evenmin bereid is zelf volledige
compensatie te bieden, terwijl hij daartoe wel verplicht is. Het ontbreken van
de erkenning van juridische aansprakelijkheid en de geleden schade in een
erbarmelijke oorlogstijd doet pijn, zelfs als deze pijn 75 jaren geleden is
ontstaan.

Sinds de Tweede Wereldoorlog zijn er weliswaar enkele
regelingen getroffen voor de betrokken oorlogsslachtoffers, zoals ‘Het Gebaar’
in 2000 dat voorzag in erkenning van de gebreken in het naoorlogs rechtsherstel
en de bureaucratische kille ontvangst. De Nederlandse Staat is met deze
regelingen echter niet tot een volledige erkenning en compensatie gekomen van
de schade. Bovendien gaat het met deze regelingen alleen om morele
genoegdoening en niet om erkenning van juridische aansprakelijkheid. In plaats
van te kiezen voor juridische inclusie, heeft de Staat daarmee ten onrechte
steeds gekozen voor (de voortzetting van) juridische uitsluiting van de
oorlogsgetroffenen.

Stichting Japanse Ereschulden zet zich in voor de belangen
van Nederlanders en hun nabestaanden uit voormalig Nederlands-Indië die tijdens
de Tweede Wereldoorlog door toedoen van Japan schade hebben geleden. Het is de
hoogste tijd dat de Staat, 75 jaar na de capitulatie van Japan, eindelijk
juridische aansprakelijkheid erkent voor de positie waarin hij betrokkenen
heeft gebracht en de Indische gemeenschap volledig compenseert voor de
oorlogsschade en het ondervonden leed. Stichting Japanse Ereschulden heeft de
Staat daarover aangesproken en aangeboden mee te denken over mogelijke
oplossingsrichtingen. Tot dusverre heeft de Staat echter geen enkele reactie
gegeven. Dat is voor de oorlogsgetroffenen en hun nabestaanden extra pijnlijk
in dit belangrijke herdenkingsjaar. Stichting Japanse Ereschulden ziet zich
daarom genoodzaakt een juridische procedure te starten teneinde de
aansprakelijkheid van de Staat vastgesteld te krijgen. Dat is kennelijk de
enige manier waarop de al 75 jaar durende impasse tussen de Staat en de
Indische gemeenschap kan worden doorbroken.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Hein Leversteijn (e-mailadres h.leversteijn@gmail.com telefoon 06 21891858) of Jan van Wagtendonk (e-mailadres jfvanwagtendonk@hotmail.com

Den Haag, 11 augustus 2020